woensdag 23 juli 2008

Luz sans neige

Luz St. Saveur, mondain wintersportplaatsje, zonder hoogbouw, met heel veel campings en chaletjes (sta caravans zonder wielen). Druk, ook nu in de zomer, want dit is wel ongeveer het middelpunt van de franse pyreneen. De Tourmalet over en je zit op de pasweg naar Barcelona, of de andere kant eerst Campan en dan Bagneres de Bigorre. Het laatste een redelijke plaats, ook al bekend van de grote toer de frans.

Gisteren om 7u opstaan met een missie, uitgebreide voorbereiding en langzaamaan om in opperste concentratie voor te bereiden op de lange klim die wacht. Niet zo lang als de Ventoux, nu en hier zocht ik de overnacht plek zorgvuldig uit: net na het dorp om zo de "eigenlijke" klim van de Tourmalet voor me te hebben. Iets meer dan 17km. Met elke kilometer een bordje met de hoogte, afstand tot de top en gemiddeld stijginspercentage voor de voglende kilometer, soms een bemoedigende 7% maar hier en daar een zucthverwekkende 9%. En bij die laatste steeds ook stukjes van 11% en meer.

Ik vertrek in de kilte van de ochtendschaduw die de berg vooruit werpt. Ver voor en boven mij straalt de zon af van de groenbegroeide hellingen. Het ziet er daar nu nog "sound of music"-achtig lieflijk uit. De eerste kilometer gaat best goed, in een laag tempo probeer ik mezelf warm te rijden. De maag gevuld met kiwi, banaan en appel en een paar slokken water. In de tas aan de bagagedrager de nodige proviand, en in de bidonhouders ruim drie liter, voor elk uur 1. Vandaag ga ik het verstandig aan doen, geen demarrages, niet teveel staan in de pedalen, gewoon rustig omhoog rijden, het duurt zo lang het duurt.

Ik verwacht snel in Bareges te zijn, het laatste dorp voordat de eenzaamheid van de grote berg aanvangt en de fietser echt op zichzelf is aangewezen. Maar in tegenstelling tot de Ventoux vanuit Malaucene is dat hier een farce, na tienen razen de autos in een redelijke stoet aan me voorbij omhoog, bijna allen ruim een meter uitwijkend (zoals bevolen op het bordje onderaan de berg) en soms met een lage brom achter mij inhoudend om tegenliggers de ruimte te gunnen. Het is druk, ook met fietsers. Wanneer Bareges maar op zich laat wachten, bij de beloofde 5km nog niets van het dorp te zien, en ik het na drie kwartier klimmen nog steeds fris heb, stop ik even voor wat mondvoorraad en om de lange pijpen onder mijn fietsbroek aan te doen. Meteen hierna fiets ik makkelijker, mijn kouwe kuiten verdragen het niet om voluit belast te worden. Bareges dient zich aan met een paar haarspelden en even geniet ik van de dorpse drukte en geluiden. Zoek een excuus in postzegels kopen om weer te kunnen stoppen, maar het postkantoor is opgeheven. De bedoelingen van boven zijn me duidelijk: doorfietsen is nu het devies!

Na Bareges is de weg erg steil, de GPS zegt 12m/m bij 6km per uur. Dat is 12 procent, pfft. Ik stop nog een keer voor wat foto's, pauzeer nu wat vaker, gewoon omdat ik geen zin heb om total loss boven te komen. Net na 1400m is er het ski station, nu een verlaten parkeerplaats en wat voor dood staande skiliften, hier en daar een auto van wandelaars. Een bocht naar rechts en ik fiets met het riviertje op dat ook langs de camping stroomt. Ik sta daar op de beste plek, naast het rivertje, ongeveer 40 vierkante meter groen gras en helemaal in de uiterste rustigste hoek van de camping. Dat kostte me even wat geduld maandag, want bij aankomst keek de kampmevrouw alsof er voor mij en mijn pieptentje geen plaatsje was. We gingen samen wel even kijken. Het eerste was tussen caravans, scheef en met kapot gereden gras. Ik keek niet al te blij, maar zei wel dat het ok was. Toen bedacht ze dat mijn huidige plek ook nog vrij was. Dat was nadat ik haar vroeg hoe het seizoen tot zover was verlopen en hoe het toch kon dat het niet echt druk is op de campings in frankrijk. Het ijs was gebroken.

Aan de andere kant van het riviertje loopt hoog erboven een weg. Steil. Ik verwacht dat ik daar straks ook fiets, maar hoe ga ik daar komen? Het antwoord volgt snel: een bruggetje, de tuin met bijzondere planten en de weg gaat weer steiler omhoog en kronkelt nu langs de bergwand. Het wordt almaar drukker, na tienen, om de honderd meter een of meerdere fietsers. De groepjes vallen ook snel uiteen nu. Hier schijnt de zon fel en is de hoge begroeiing verdwenen. Geen schaduw van de bergwand meer. De hitte valt mee, hierboven is het nog steeds fris. De zon prikt echter fel en irriteert mijn ogen. De zonnebril gaat weer op. Dat duurt maar even totdat het zweet van mijn voorhoofd straaltjes op het glas veroorzaakt en mijn uitzicht beperkt, dan maar weer af.

Wanneer andere fietser passeren volgt er vaak een kort bonjour. Iedereen, hijgt steunt en kreunt. Ik niet, ik rijd zo licht en rustig dat het net geen pijn doet. Het is zwaar, maar draaglijk. Een man met de gestalte van 't olifantje komt naast me rijden. Ook kale kop, op race fiets. "Zwaar he" roept ie. Ik zeg dat het wel gaat, dat het vooral lang duurt. Hij beaamt: "'t is wel ver". Nog iets minder dan 7 kilometer. Net bij de plantentuin stopte ik even voor een hapje en drankje. Op een rotsje boven mij, man en vrouw bij auto, schoenen wisselend voor een stevige wandeling. Zij scheldend, ze kon iets niet vinden, en manlief kreeg het voor zijn kiezen. Hij moest lachen. Ik keek omhoog, en lachte mee. Haar blik vol toorn raakte de mijne. Oeps, ze had al een ander slachtoffer van haar woede op het oog. Ik lachte harder en riep, "bonjour, mooi weertje niet?" en keek maar niet naar haar man, bang dat we het dan allebei zouden uitproesten. Bij mijn vertrek sprak hij me glimlachend aan -het begrip was wederzijds- "gaat ie goed? Nog een kilometer of zeven, he? Zet 'm op, fijne dag". Wens hem met een grote grijns ook een fijne dag en stap weer op.

'Pantani' geeft wat gas wanneer een andere renner ons voorbij komt. Hij haakt een honder meter aan, maar moet dan lossen. Tot aan de top rijden we vlak achter elkaar, voor mij een mooi mikpunt. Er volgen nu vele korte bochtjes, een haarspeld, en het stijgen gaat op en af, tussen de 5 en de 14 procent. Vermoeiend, maar ik ben warm en houd mijn tempo constant, af en toe even uit het zadel en met slim schakelen weet ik mijn ademhaling te reguleren. Vanaf 1500 meter is het duidelijk merkbaar dat het zuurstof gehalte te laag is voor de gewone op zeenivo levende mens. De luchtdruk is gedaald tot onder de 800millibar. Al even is het condenseren van mijn adem opgehouden, wat betekent dat de temperatuur is gestegen, onmerkbaar want ik heb het warm van de inspanning, en toch voelen mijn handen nog koud aan.

Hier in deze kortere bochten is het file rijden. De weg is steeds smaller geworden en de autos kunnen nog maar net de fietsers passeren. Elke tegenligger, fietser of auto zorgt voor een lint van auto's en fietsers van beide kanten. Rechts van mij lijkt het ravijn te lonken. Ik ga nog wat meer op het midden van de weg rijden. Blijkbaar is de fietser hier koning, ik heb nog geen enkele calxon gehoord. De laatste kilometer, hier is het nog even echt steil, 1 bochtje nog en daar verderop moet het zijn. Op de weg in het groot staat 1000 gekalkt. Aftellen nu. Bij 800 kom ik nog amper vooruit, juist nu de tank al bijna leeg is, komt het steilste stuk, daar waar ook de zuurstof beperkt aanwezig is. Hier komt het erop aan. Pantani voor me, auto's hortend achter me. Ik geef ruimte bij de bocht en kies dan weer het midden van de weg. Even staan, aanzetten en zitten. Pas nu na 17km zet ik vol aan, de druk in mijn kuiten neemt toe tot maximaal en ik hijg uit volle borst. Het doet pijn in mijn keel, mijn luchtpijp lijkt open te scheuren zo schuurt de ijle droge lucht de slijmvliezen. Ik zie een souvenirsshop links voor me, ik moet er haastr zijn, maar zie niets van de top. Een bocht naar rechts, ik zwenk en val bijna, de helling is eruit en mijn benen draaien lucht. Het bordje is het bewijs, vol ongeloof lees ik: "Col du Tourmalet 2115m".

4 opmerkingen:

Arthur zei

Hoi Rob, grote klasse, gefeliciteerd! Een topprestatie! Zo te lezen viel het je mee, maar je bent natuurlijk ook goed getraind inmiddels, 1800km in de benen. Ben benieuwd wat er na dit hoogtepunt gaat komen. Groet, Arthur

mem zei

test test

mem zei

Hallo Rob.
bedankt voor je postberichten en mail.
Wat een kilometers heb je al afgelegd en volgens mij heel veel klimpartijen',,
Je komt ook mooie vergezichten en bankjes waar je dan even genieten kan,
Vooral langs dat water en die sluisjes die je voorbij kwam,het deed mij direct aan de sluis bij de brug in Blokzijl denken.
Gelukkig heb zo nu en dan ook fijn fietsweer.
Rob ik wens je nog veel fiets plezier em een behouden thuiskomst.
Mijn eenzame fietser.
maar aan alleen gaan zitten heeft ook plussen.
Ik denk dat je gauwer contact maakt als je alleen op een bankje zit.
Rob nog veel fiets plezier.

Stamgast zei

Hallo Rob,
heel mooi gedaan, die Tourmalet en erg leuk om die ervaringen te lezen.
Zet em op! Maar rij niet te ver door anders zit je straks ineens op Gibraltar......
Harrie